.

Praktijk:
Ons verhouden tot de 'oceaan'


We kunnen de oceaan in beeld brengen rond alle mogelijke thema's die ons bezighouden. Hoe we kijken naar onderwijs bijvoorbeeld, naar diversiteit, solidariteit, gemeenschap, hulpverlening, reizen, vrijheid, diversiteit, ondernemen, leiderschap, succes, samenwerken, organiseren, werk, vrijetijd en vakantie, natuur, armoede, enz. 

Het eerste wat we doen is: focus! Over welk thema in de oceaan willen we meer begrijpen? 

Uitproberen: 

Gesprek of persoonlijke reflectie-oefening. Gebruik een groot blad papier.

SCHRIJF JE THEMA DUIDELIJK NEER IN HET MIDDEN VAN JE BLAD

Stap 1: de context op afstand bekijken: Maak een mindmap, een schets of een tekening waarin alle aannames over jouw thema bij elkaar komen. We kunnen onze focus leggen op de samenleving als geheel, of onze belanghebbenden (bv leiding van een organisatie, medewerkers, klanten, gebruikers, beleid, publieke opinie) in beeld brengen en ons dan afvragen ...

  • Wat zeggen 'ze' over het thema wat ons bezig houdt?
  • Hoe denken 'ze' over succes, goed en fout, waar en onwaar?
  • Wanneer doet een mens het in onze tijd het 'goed'? Wanneer is hij of zij 'goed bezig'?
  • Wanneer word je gerespecteerd, bewonderd, als voorbeeld gezien?
  • Wat zeggen ze over 'dit is normaal'?
  • Welke zijn veel voorkomende woorden en uitdrukkingen?
  • Bij welk taalregister kijkt men een beetje vreemd op?
  • Wat zijn de favoriete verhalen die verteld worden over het thema?
  • Welke verhalen worden niet zo verwelkomd, of genegeerd?
  • Wat wordt er gevierd? Met welke rituelen of gewoonten?
  • Wat horen we als mensen zeggen 'ach, het is zoals het is,...'
  • Van welke overtuigingen of aannames gaan jouw tenen krullen?

Stap 2: ons verwonderen over het beeld dat we te zien krijgen. Kijk naar het beeld wat ontstaat. En overweeg...

  • Wat doet dit met ons, als we daar zo naar kijken?
  • Wat roept dit op?
  • Wie heeft er belang bij dat we zo blijven denken?
  • Wat probeert de oceaan hiermee eigenlijk in stand te houden?
  • Welk plan heeft die dominante gedachte eigenlijk met ons?
  • Welke effecten heeft dit alles op mijn denken, mijn doen, mijn lijf?
  • Welke effecten heeft dit op mijn werk? Op mijn relaties met collega's?
  • Wat kan hier in deze oceaan stromen? Wat geeft ruimte en kansen?
  • Wat wordt niet voldoende gezien? Welke mogelijkheden blijven gesloten of moeilijk te openen?

Stap 3: Onze verhouding bepalen ten opzichte van de betekenissen in de oceaan. Deze vragen helpen daarbij:

  • Wat willen we dat er groter wordt? ruimte krijgt?
  • Welke andersoortige kennis willen we ontdekken en ruimte geven?
  • Welke inzichten en ervaringen willen we ook inbrengen en verbinden?
  • Welke beweging zouden we graag in de oceaan krijgen? Welke richting trekt aan ons?
  • Wat zouden we willen dat er verandert? Groter wordt? Ruimte krijgt?
  • Welke boodschappen willen we dat meer in onze oceaan klinken?
  • Welke verhalen zouden we in de oceaan kunnen brengen?
  • Wat zouden we ooit willen vieren? Met welke rituelen of gewoonten?

We kunnen deze vragen ook gebruiken in onze gesprekken met vertellers. Wanneer we horen dat 'het is zoals het is', of 'dat dit niet kan', of 'dit net moet', of 'het zo niet aanvaard wordt'. Of wanneer we uitspraken horen die mensen klein houden, of die hen beperken hun hun mogelijkheden: ik ben maar... ik (of dit) kan niet ... ik (of dat) moet ... ik (of dit) mag niet ...